De berm naast het fietspad richting de tuin staat bomvol met bloeiende margrieten. Een prachtig gezicht maar ook een mooie kans om een bermboeket te plukken én om zelf kappertjes te maken! Kappertjes zijn namelijk niets anders dan ongeopende bloemknopjes ingelegd in azijn of geconserveerd in zout.

Weer gingen we met een tasje de berm in, op zoek naar cadeautjes uit de natuur. Twee handenvol ongeopende margrietknoppen stond op ons wildpluklijstje. In Het Grote Wildplukboek vond ik namelijk een recept voor “madeliefjeskappertjes op azijn”. Madeliefjes, margrieten, whatever. Als het maar eetbare bloemen zijn met ongeopende bloemknopjes.

Het is altijd wel een werkje, dat wildplukken. Distels ontwijken, niet midden in een bos brandnetels gaan staan, voorzichtig de bijen en andere prikbeesten omzeilen. Maar dan heb je ook wat: kappertjes van eigen bodem!

Veel heb je er niet voor nodig: Ongeveer een halve liter (inmaak of wittewijn)azijn, een gesnipperd uitje, een teen knoflook en een eetlepel gekneusde peperkorrels. De azijn werd verwarmd in een pannetje tot het begon te dampen (niet koken!).

De gesnipperde ui, de knoflook en de peperkorrels werden toegevoegd aan de azijn. Na tien minuten trekken, kon de azijn het potje in. Uiteraard ging het mengsel eerst door een theezeefje, zodat alleen de azijn-met-smaakjes in het potje terecht kwam. De restjes ui, knoflook en peperkorrels gingen de composthoop op.

Tenslotte voegde ik de ongeopende bloemknopjes toe aan het potje azijn en draaide de deksel er stevig op. De komende weken zullen de kappertjes in spé in de kast blijven staan zodat de smaken goed kunnen vermengen. Maar daarna… kappertjes van eigen bodem oftewel genieten van de natuur op ons bord!