Net als de tuinbonen, kan je aardappels een vliegende start geven voor ze de koude grond in gaan. Dit keer heet het geen voorzaaien, aardappels worden tenslotte niet gezaaid, maar voorkiemen. Het voorkiemen is niets anders dan wat er gebeurt met aardappels die je ergens hebt opgeborgen en vervolgens bent vergeten: na verloop van tijd ontstaan er uitlopers aan de aardappels. Bij vergeten aardappels baal ik van de uitlopers, bij voorkiemen is het juist de bedoeling dat er uitlopers ontstaan.
Aardappels hebben zo hun eigen terminologie, die het misschien doet lijken alsof aardappels telen rocket science is. Niets is minder waar. Eerst maar een lesje aardappeltaal: aardappels worden gepoot, dus niet gezaaid of geplant. Voor ik de aardappels poot, kies ik ervoor om de knollen een groeivoorsprong te geven door ze te laten voorkiemen. Hiervoor bekijk ik de aardappel goed: elke aardappel heeft aan één van zijn korte kanten een navel (deukje). In een doosje of kistje zet ik de aardappels knus tegen elkaar aan met de navel steeds naar beneden. Vervolgens is het een kwestie van afwachten tot er uit de ogen (de puntjes die je er altijd uit snijdt bij het schillen) van de aardappel uitlopers verschijnen. Kiemen is een ander woord voor uitlopen, dus voorkiemen is niets anders dan het verschijnen van uitlopers voor je de pootaardappeltjes in de grond zet.
Het is altijd een rekensommetje om uit te rekenen hoeveel pootaardappels ik nodig heb. Meestal zit ik met een kladblaadje aan de keukentafel te rekenen: Stel ik hebt een stukje grond van 1.5 m breed en 3 meter lang. Op dit stukje grond passen in de breedte twee rijen van 75 cm, ongeveer de breedte die een rij aardappels nodig heeft. Er zijn dan twee rijen van drie meter lang dus in totaal heb ik 6 meter rij tot m’n beschikking. Per strekkende meter kunnen ongeveer 3 aardappels worden gepoot. Kortom, voor dit landje zijn 6×3=18 aardappels nodig.
Opa laat zijn piepers voorkiemen in de garage want daar is het lekker donker. Ik zet ze in de slaapkamer maar niet, zoals de tuinbonen, in de vensterbank. Fel licht, daar houden aardappels niet van dus ik geef de schoenendozen vol kleine aardappeltjes een mooi plekje op de vloer van de slaapkamer. Onze slaapkamer wordt er eerlijk gezegd niet gezelliger van. Gelukkig gaan de aardappels over een maand richting de tuin!